
Beste lezer,
2020 betekende voor AZ Alma een jaar vol uitdagingen. COVID-19 heeft ons jaar beheerst.
Tegelijk hebben we op de zorgwerkvloer, bij de ondersteunende diensten en overkoepelend bewezen dat collegialiteit, flexibiliteit en innovativiteit geen holle, maar waardevolle begrippen zijn in ons ziekenhuis waar #zorgmeteenhart centraal staat.
U ontdekt onze belangrijkste (coronavrije) verwezenlijkingen én enkele primeurs in het jaarverslag.
Rudy Maertens, algemeen directeur – dagelijks bestuurder
Dirk Vandenbussche, voorzitter raad van bestuur
dr. Alex Demurie, voorzitter medische raad
Ons ziekenhuis in cijfers
Cijfers
Ons ziekenhuis telt 493 plaatsen: 431 erkende bedden en 62 bedden voor daghospitalisatie.
Op 31 december 2020 telden we 128 artsen, een status quo van 1 299 medewerkers en 152 vrijwilligers.
We registreerden 48.439 patiëntencontacten, 197.879 poliklinische contacten, 14.602 chirurgische ingrepen en 591 geboortes.
Het resultaat van het boekjaar kleurt rood: -€2 317 267. Het financieel resultaat daarentegen is positief met €6 829 751.
Net zoals voor de gehele ziekenhuissector heeft de COVID-19 crisis een zware impact op de cijfers van AZ Alma.
Sedert de inhuizing in het nieuwbouwziekenhuis, kende AZ Alma de laatste jaren een sterke activiteitsgroei. Als gevolg van COVID-19 heeft deze groei zich in 2020 niet doorgezet.
Mede dankzij de overheidstussenkomst n.a.v. COVID-19, is AZ Alma er toch in geslaagd om een resultaat te noteren dat beter is dan begroot en dat in lijn ligt met het resultaat 2019.
Het resultaat boekjaar blijft evenwel negatief en vereist verdere bijsturing om opnieuw financieel gezond te worden.
Departement Algemene directie
COVID-19: hoe het Permanent Comité een geolied commandocentrum werd
“Het Permanent Comité (PC) an sich is een bestaand orgaan en wordt bemand door de algemeen directeur, de noodplancoördinator en de manager veiligheid en preventie. De wet schrijft dat zo voor. Daarin hebben we de noodplanning uitgeschreven voor elke noodsituatie. Dat kan gaan over brand, een elektriciteitspanne, een gijzeling of een epidemie. Afhankelijk van de aard van situatie voegen we mensen toe die vanuit hun specialisatie een meerwaarde kunnen betekenen. Het voorzitterschap van dit PC kwam in handen van onze medisch directeur dr. Stefaan Gouwy, met wie ik een perfecte tandem vormde”, aldus algemeen directeur Rudy Maertens.
Bergamo
“Begin maart 2020 riepen we het comité samen, na overleg met onze artsen en kaderleden, de sector en met de overheid. 13 maart, de dag waarop de lockdown werd aangekondigd, betekende voor ons een zwaar kantelpunt en tegelijk voelden we erg veel onzekerheden op ons afkomen.
De reële wake-up-call kwam er nadat we ontstellende beelden uit Noord-Italië op TV zagen, nochtans een regio waar de gezondheidszorg op hetzelfde niveau staat als in Vlaanderen. Bergamo daverde op zijn zorg-grondvesten en zo sijpelde het besef binnen dat dat het onbekende virus uit het verre oosten wel eens dichter om de hoek zou kunnen loeren dan aanvankelijk was voorspeld. En dat niet alleen een verafgelegen, maar ook ons gezondheidssysteem zou kunnen kraken. Ongezien!
Schakelen in TGV-snelheid was het enige wat erop zat. Er volgde een debat over de inzet van specifieke skills, op basis van de intensiteit, snelheid en impact van de epidemie: hygiënemaatregelen, intensieve zorg, longspecialisten, maar ook het operatiekwartier, chirurgie, geriatrie, magazijn & distributie waren stuk voor stuk onmisbare schakels. Ieder vanuit zijn eigen expertiseveld. Erg boeiend!
Schaars materiaal
Aanvankelijk verliepen de vergaderingen nogal chaotisch. Het voelde vooral als een plaats om te ventileren over (schaars) materiaal, de behandeling van patiënten en de aanpak van de overheid. Ondanks de onzekerheden en de vele noodkreten
zijn we erin geslaagd om het uitgebreide PC te structureren.
Vergaderen, vergaderen, vergaderen
Waar de medisch directeur vooral focuste op de gevolgen van de gezondheidscrisis, de bedcapaciteit, de behandeling van patiënten en de organisatie van de zorg, fungeerde ik als connectie tussen de interne en de externe partijen en gebeurtenissen. Er volgden tig aantal vergaderingen met koepelorganisatie Zorgnet-Icuro, met de Vlaamse en federale overheid, de gezondheidsinspectie en gouverneurs, de lokale besturen en de eerstelijnszones van Oost- en West-Meetjesland. En dat in een zeer hoge frequentie. En zo werd het letterlijk een permanent comité met (in het begin van de crisis) lange vergadertijden.
Discipline
Gelukkig evolueerden we snel naar een geolied commandocentrum met meer (agenda)structuur, meer discipline in het stellen van vragen, het uiten van bezorgdheden en het vormen van beslissingen. We merkten dat dit systeem werkte, onder meer via benchmarking met andere zorginstellingen maar vooral door onze eigen behaalde resultaten. Zo lag en ligt ons sterftecijfer op Intensieve Zorg gemiddeld lager door de adequate aanpak en getraind artsenkorps dat zorgde voor specifiek ontwikkelde behandelprotocollen. We hebben bovendien een vrij hoog aantal patiënten kunnen behandelen door een strakke interne organisatie en bewuste omgang met de voorraad aan persoonlijke beschermingsmiddelen. Bovendien mogen we erg trots zijn op ons laag intern besmettingscijfer. Het mag dus duidelijk zijn: de aanpak bepaalt de uitkomst. En die zat goed.
Het klinkt raar, maar ik was aanvankelijk gecharmeerd
door de wijze waarop de PC-leden zich opstelden: zacht, met schroom, … ‘ik ben maar een…’ Die gedachte is meteen bijgesteld naar ‘we zijn hier allemaal gelijk’. Speak up! Daardoor ontstond een mooie evolutie in het team : het ging wel eens naar een constructieve clash, maar dat voedde net het leerproces. Zo creëerden we onbewust het ware DNA van het PC: we zeggen elk ons gedacht, we bespreken creatieve oplossingen en dat in de grootste vorm van respect en waardering voor elkaar. Een terloopse opmerking van een arts-diensthoofd tijdens het PC bevestigt dit alles: ‘door hier te zijn, door mee de crisis te beheersen en te zien dat iedereen het onderste uit de kan haalt, heb ik me nog geen enkele seconde onveilig gevoeld.’
De enige constante is verandering
Daarnaast ben ik erg aangenaam verrast door de wendbaarheid en de flexibiliteit van het PC. Het is een kunst die we onszelf hebben aangeleerd. Dat geldt bovendien voor álle diensten en vormt echt een sterkte van AZ Alma. ‘De enige constante is verandering’ is een gedachte die dit mooi samenvat.
Het is dan ook mijn vurige wens dat we op ditzelfde elan – met onderling respect en in volle transparantie – mogen voortbouwen aan onze gezondheidszorg, maar vooral het DNA van AZ Alma.”
Verpleegkundig en paramedisch departement
Niets is wat het was
Niets wordt wat het lijkt
Alles verandert dat is de eeuwige zekerheid
“COVID-19 stapte op dinsdag 25 februari 2020 mijn leven binnen. Mijn moeder werd 80 jaar op die dag. Ik was op winterwandelvakantie in een ingesloten Oostenrijkse vallei. Stap voor stap kwamen de berichten van een mondiale virale pneumonie binnen. Tegen het einde van de week werden we bedolven onder een lawine van alarmerende berichten. De mooie natuur liet ons toch toe onze batterijen op te laden", opent dr. Hilde Baeyens, medisch diensthoofd van het zorgprogramma voor de geriatrische patiënt.
Druppelisolatie
Terug aan het werk op 4 maart, trof ik een patiënt (ik noem haar A) op mijn dienst met een longontsteking en hoge zuurstofnood. Ze werd op 25 februari opgenomen met klachten van anorexie en spierzwakte. Ze was 82 jaar en niet Italië geweest. Dus we mochten geen (!) PCR-test afnemen. Uit voorzichtigheid startten we toch ‘druppelisolatie’, een samenvattende term voor onze maatregelen die de overdracht via druppels (bij praten, hoesten, niezen…) vermijden.
Tegen het einde van de week waren er nog enkele patiënten die plots zeer hoge koorts leden of plots afgleden. Dat weekend stierven er vier patiënten op mijn afdeling alleen. Ook mijn collega’s zagen een abnormale sterfte dat weekend. We waren ongerust.
Crisis
Een algemene crisisvergadering op 13 maart verliep tumultueus : de algemene gemoedstoestand van de artsen ging van verwondering over mogelijke afbouw van activiteit tot onmiddellijke stopzetting van alle activiteit. Deze beslissing gaf ons een soort van opluchting. Een crisiscel werd opgericht. We beslisten om te werken met dedicated nurses en om het aantal verpleegkundigen minstens te verdubbelen. De longartsen startten het eerst een COVID-19-afdeling op. Handalcohol en mondmaskers werden gerantsoeneerd.
De eerste weken verliepen hectisch. Mijn collega was net zes weken zwanger, mijn andere collega behoort tot de risicogroep. Mijn opdracht was duidelijk: proberen onze verdieping - 100 bedden groot - COVID-19-vrij te houden, plus patiënten niet nodeloos op de COVID-afdeling te leggen. Heel snel leerden we wat COVID-19 teweegbracht bij oudere patiënten: plotse spierzwakte, anorexie en/of diarree, acute verwardheid, … Op basis van onder meer het ziektebeeld, het verhaal van de familie en van radiologie probeerden we het risico op COVID-19 zoveel mogelijk in te schatten, ondanks de besparing op testmateriaal. We namen elke patiënt op in een kamer alleen, telkens in de aanpalende kamer. Zo creëerden we clusters in de tijd. We verzorgden de patiënten met behulp van een face shield, tot we zeker waren dat het geen COVID-19 was. Aangezien onze patiënten geen masker konden dragen, moesten we onze typerende geriatrische werking on hold zetten: de restaurantwerking en revalidatie in oefenzaal werden opgeschort. Indien een patiënt toch COVID-19 bleek te hebben, gaf dit geen uitbraak tot gevolg. Deze methode hanteren we nog steeds en is intussen overgenomen in het hele ziekenhuis.
Truukjes
Na een drietal weken vroegen onze longartsen om een specifieke COVID-afdeling voor geriatrische patiënten. Specifieke symptomen bovenop COVID-19 bemoeilijkten de diagnose, de therapie en de verzorging. De hoofdverpleegkundige startte met het idee van een palliatieve eenheid. Gelukkig zag ze geleidelijk aan in dat er ‘truukjes’ bestaan om ouderen terug aan het eten te krijgen, om ze moed te geven en ze terug aan het stappen te krijgen. Mensen herrezen na aanpassing van hun medicatie die toxisch was geworden door anorexie. We zetten extra voedingsverpleegkundigen in op de COVID-afdeling. We stelden vlotter een diagnose en dienden efficiënter medicatie toe. Bovendien hadden we een goede samenwerking met tal van woonzorgcentra in de regio. Bij elke verwijzing werden goede afspraken gemaakt over het doel ervan. Niemand werd geweigerd.
Niemand is alleen gestorven
Er is veel verdriet geweest, maar niemand is alleen gestorven. Wanneer verpleegkundigen aanvoelden dat het op zijn eind liep, bleven ze bij de patiënt. Ze maakten het mogelijk dat een familielid afscheid kon nemen op de afdeling. Bij koppels werden de bedden naast elkaar gezet, zodat ze elkaar konden vastnemen.
We konden terecht bij elkaar als team. COVID-19 zorgde voor een heel aantal overlijdens. Maar deze waren niet het gevolg van een tekort aan zorg. Die gedachte heeft ons enorm gedreven en gesteund. Rustpauzes zijn er nauwelijks geweest: de geriatrische COVID-afdeling verhuisde naar een afdeling geriatrie en bleef zes weken langer operationeel dan de gewone COVID-afdeling.
Hittegolf én tweede golf
De vakantie was net ingezet, toen we een zomerpiek te verwerken kregen door de hittegolf. Met aansluitend patiënten met extreme klinische beelden door uitgestelde zorg. Patiënt A overleefde de longontsteking en belandde op dagziekenhuis. Er werden COVID-19-antistoffen bepaald en die bleken manifest positief. Patiënt A bleek onze eerste COVID-19-patiënt te zijn geweest. Maanden later hoorden we via de huisarts dat haar kleinzoon twee weken voor de Krokusvakantie was gaan skiën in Livigno, gelegen naast het officiële risicogebied.
De tweede golf startte, maar de gewone patiëntenstroom bleef komen. Opnieuw zagen we eerst jongere patiënten, later de oudere generatie. In tegenstelling tot de eerste lockdown werd bezoek in het ziekenhuis nog steeds toegelaten. Dat gaf een bijkomende uitdaging. Bezoekers namen het vaak niet zo nauw met de voorschriften: ‘We komen toch uit dezelfde bubbel?’ Zo testte een bezoeker positief na een hoogrisicocontact met een kennis. Hij was daags voordien bij zijn vader op bezoek geweest. Na (her)testing van de ganse afdeling én het personeel bleek een viertal patiënten positief en geen enkel personeelslid. Oef... En tegelijk: diezelfde week telden we op de COVID-19-afdeling plots een aantal positieve zorgverleners. Op dat moment hebben we beslist om alle personeelsleden en onze patiënten tweemaal te testen, om tijdelijk het bezoek te stoppen en om een paar bedden te ‘sluiten’ door personeelstekort. De vader van de bezoeker overleed jammer genoeg aan COVID-19.
Visie en aanpak gestremd
Onze geriatrische visie en aanpak blijven gestremd: de restaurantwerking is niet mogelijk en de revalidatie verloopt individueler. Hieronder lijdt de voedingstoestand, de mobiliteit en cognitie bij fragiele patiënten. Maar we houden vol om een uitbraak te vermijden. Collega-geriaters uit andere ziekenhuizen worstelen nog steeds met de gevolgen van een of meerdere uitbraken. Daardoor is er te weinig plaats voor non-COVID-19-patiënten, waardoor patiënten niet de zorg krijgen die ze nodig hebben.
Psychisch is dit zwaar om dragen. Fouten tegen het principe van dedicated nurses worden afgestraft door meer besmettingen. Het principe van mobiele verpleegequipes is hier een bijkomende, zeer grote risicofactor. Ook gerantsoeneerde handalcohol op de werkvloer, twijfelachtige leveringen van slechtpassende handschoenen, een toegenomen gebruik van antibiotica in de WZC’s (door uitstel van opnames), hogere werkbelasting op de afdeling en minder screening op specifieke bacteriën bij opname.
Nieuwe collega's
Vaccinatie brengt hoop. Ik hoop dat een dubbele dosis van het RNA-vaccin bij fragiele ouderen meer immuniteit oplevert. En er is nog goed nieuws: de afgelopen maanden hebben we enkele nieuwe collega’s mogen verwelkomen: dr. Kyri Van Hecke en dr. Celine Van de Vyver versterken ons team, samen met de verrassende komst van heel wat enthousiaste verpleegkundigen, dankzij een verfrissende wervingscampagne in de lokale bladen. Ik hoop voor ieder van ons dat hij/zij een team heeft waarop hij/zij kan terugvallen: gezin, collega’s, teamgenoten, directie, ... Samen lukt het ons.”
Dr. Hilde Baeyens, geriater, diensthoofd Geriatrie AZ Alma. 12/01/2021
Departement Zorgondersteunende diensten
Streven naar perfectie
De Technische Dienst van AZ Alma, ietwat weggestopt in de catacomben van dit ziekenhuis, heeft ook in 2020 heel wat verwezenlijkt. Daarom halen we hen bewust even uit de schaduw en plaatsen we dit uitgebreide team op een voetstuk met behulp van enkele thematische p’s.
Het team bestaande uit 18 mannen én vrouw heeft de voorbije jaren veel omwentelingen ondergaan: inhuizing in een splinternieuw gebouw met zijn kinderziekten, verbouwingen zoals de Huisartsenwachtpost en de nieuwe PAAZ-afdeling, de overname van het onderhoud na een garantieperiode van 2 jaar nieuwbouw, …
“Ondanks heel wat hindernissen, wijzigingen en afwegingen hebben we ferme lessen kunnen trekken uit de switch van de oude campussen met een verouderde technische infrastructuur en werkmiddelen, naar een ultramodern exemplaar met technisch vernuft,” opent diensthoofd Chris Bastiaen trots.
Profielen en producten
“Wanneer mensen aan onze dienst denken, worden we vooral gelinkt aan herstellingen, maar naast de nodige aanpassingswerken en ondersteuning bij nieuwbouwprojecten trachten we voornamelijk preventief te werken. Dat luik wordt operationeel aangestuurd door teamleider Korneel De Meyer.
Een tak binnen de technische dienst die voor vele nog onbekend is, is het biotechnisch team. Dat team staat in voor zo’n 2500 medisch kritische toestellen, telefonie en zorgdomotica. Daar ga je niet licht over. Daarom werd het onderhoud aanvankelijk uitgevoerd door gespecialiseerde servicepartners omdat er te weinig biotechnische kennis aanwezig was. We zijn dan ook ongelooflijk trots op de komst van Sarah Van den Brempt, teamleider van het biotechnisch team. Met haar komst beschikt het team over een gediplomeerd biotechnicus, een zeldzaam gegeven want er bestaan hiervoor nauwelijks gerichte opleidingen. Nu Sarah er is, kunnen we dit team verder op punt stellen. Met de nodige versterking gaan we voluit voor kwaliteitsbehoud, kennisopbouw en optimalisatie. Zo kunnen we verder blijven inzetten op advies en ondersteuning in alle fases van de levensloop (aankoop, indienststelling en gebruik) van een toestel maar ook op sensibilisering
bij de eindgebruiker om terugkerende tussenkomsten te voorkomen.
Procedures en programma’s
De Technische Dienst staat hiernaast in voor tientallen luchtgroepen, stoomketels, noodgroepen, zorgdomotica in elke kamer, telefonie, een alarmserver en ga zo maar door.
Via onder meer een hypermoderne koel– en verwarmingsinstallatie trachten we ons steentje bij te dragen aan een energiezuinig en duurzaam ziekenhuis. De controles en onderhoudsbeurten zijn oneindig. Yvan de Loof heeft een preventief onderhoudsprogramma met checklist en onderhoudsprocedures uitgewerkt. Alles wordt opgelijst, benoemd en wordt nu strak gecoördineerd, zowel bij interne als externe uitvoering. Teamleider Marc Denhert staat in voor de technische ondersteuning, procedures, werkvoorbereiding en het up-to-date houden van de technische bouwplannen.
Perfectie
We werken momenteel aan een goede balans tussen intern en extern onderhoud. Intern onderhoud kan zorgen voor een kortere doorlooptijd, het terugdringen van tansportkosten en van kennisopbouw. We verliezen hierbij niet uit het oog dat we steeds garant blijven staan voor een kwalitatieve service. We hebben ontzettend goede fundamenten gelegd. Ten opzichte van de oude campussen hebben we een fikse inhaalbeweging gemaakt. De structuur van onze services en diensten staat op poten, aan de verbeteringsprocessen wordt 24/7 gesleuteld en onze ondersteuning blijft gegarandeerd, ondanks alle hindernissen. Ons werk vraagt constante bijsturing, dus perfect zal het nooit zijn, maar we komen aardig in de buurt.”
Medisch departement
Vers bloed
Onder de oneliner (kennis) 'delen is vermenigvuldigen', stellen we met trots ons vers bloed aan u voor, aan de hand van drie vragen:
1 Waarom heeft u voor AZ Alma gekozen of hoe bent u bij AZ Alma beland?
2 Hoe heeft u de eerste maanden ervaren?
3 U heeft expertise opgebouwd in een specifiek werkveld. Hoe heeft u die expertise kunnen uitrollen of dieper ontwikkeld?
dr. Kyri Van Hecke
Geriater
“Geboren en getogen in het Meetjesland, leek de keuze voor AZ Alma voor mij evident. De prachtig uitgebouwde dienst Geriatrie is natuurlijk een enorme troef. Ik voelde mij als stagiaire reeds thuis in dit ziekenhuis (toen nog in de Moeie) en ik heb dit gevoel nog steeds.
Mijn eerste Alma-jaar is natuurlijk bijzonder verlopen, met een start midden in de eerste COVID-golf. We hebben er ons als team goed doorgeslagen en dat geeft me vertrouwen in de toekomst. Ik ben ondertussen geland op de orthogeriatrie en hoop daar verdere knowhow en expertise te ontwikkelen om onze kwetsbare patiënten maximale kansen op herstel te bieden na een trauma en dat in co-management met de orthopedisten.
Verder wil ik meewerken aan de uitbouw van ons geriatrisch dagziekenhuis, waar ik me wil specialiseren in het onco-geriatrisch assessment: hierbij maken we een uitgebreide analyse van een patiënt met een oncologisch probleem en een (pre)geriatrisch profiel, om beter de zin en onzin van bepaalde behandelingen te kunnen inschatten voor die specifieke patiënt.”
Maarten De Zutter
Tandarts
“AZ Alma is voor mij het dichtstbijzijnde ziekenhuis en de andere leden van het team Narcodontie zijn collega’s die ik reeds zeer goed ken. Het was als het ware toekomen in een bekende omgeving.
Ik ben zeer hartelijk ontvangen door de medewerkers van het Operatiekwartier. Het wederzijds respect en de gemoedelijke omgang is iets wat ik zeer op prijs stel. Een bijzondere vermelding voor de vaste assistente Narcodontie Hilde! Telkens opnieuw legt zij ons figuurlijk en letterlijk in de watten.
In 2019 heb ik de master na master Kindertandheelkunde van de Universiteit Gent voltooid. Dieper ingaan op deze materie kan de kwaliteit van de behandelingen enkel ten goede komen. Een belangrijk onderdeel van deze opleiding was namelijk de Narcodontie.”
dr. Julie Ossieur
Kinderarts
“Tijdens mijn sollicitatieperiode ging op zoek naar een collegiale associatie met oog voor kwalitatieve geneeskunde, die streeft naar vernieuwing en die bereid is om mij verder te laten sub-specialiseren binnen de kinderallergologie. Dit is een steeds frequenter voorkomend probleem en de kinderartsen in AZ Alma waren zeer enthousiast om hier op termijn ook iets multidisciplinair van te maken. De combinatie met een verdere opleiding in het UZ Antwerpen was dus ook geen probleem voor hen. Het (nieuwe) ziekenhuis spreekt uiteraard aan en leek me een ideale locatie voor een goede start van een carrière als zelfstandig kinderarts.
De eerste maanden zijn zeer goed verlopen. Ik werd onmiddellijk door de verschillende disciplines met veel enthousiasme ontvangen. Door COVID-19 is de kennismaking met de andere collega’s in het ziekenhuis wat bemoeilijkt maar de familiale sfeer is ondanks alle maskers en afstandsmaatregelen wel nog steeds voelbaar.
Naast algemene pediatrie heb ik mij verder verdiept binnen de kinderpneumologie (opleiding UZ Gent) en kinderallergologie (opleiding UZA). Om deze laatste subspecialisatie goed onder de knie te krijgen ben ik momenteel als consulent werkzaam in het UZA op de dienst kinderallergologie. Ik diagnosticeer en behandel zowel inhalatie-allergieën (pollen, huisstofmijt, dieren,…) als voedingsallergieën. Mijn doel is om bij elk kind een correcte diagnose te stellen, zodat geen onnodige behandelingen of diëten opgestart worden indien niet echt noodzakelijk. Dat zal zowel de levenskwaliteit van het kind als van de ouders bevorderen.”
dr. Stefaan Van Onsem
Orthopedisch chirurg
“Ik heb voor AZ Alma gekozen door de goede naam van de dienst Orthopedie. Als kniechirurg krijg ik hier de kans om samen met de collega’s de dienst verder uit te bouwen en innovatieve technieken te implementeren in mijn dagelijkse praktijk.
Het is bovendien een heel warme werkplek waar ik mij thuis voel. Iedereen is heel vriendelijk en de zorg voor de patiënt staat centraal.
Als kniechirurg met tevens een doctoraat kon ik mij verder specialiseren in nieuwere chirurgische technieken in Sydney, Australië. Hier in AZ Alma kan ik nu samen met mijn collega’s deze kennis en technieken implementeren. De hoge patiënten-turn-over, de enorme ervaring van de dienst in combinatie met het verzamelen van patiëntinformatie zorgt ervoor dat we over de juiste info beschikken om te streven naar een nog hogere patiënttevredenheid.”
dr. Heleen Demaegd
Gynaecoloog
“Ik leerde AZ Alma kennen als stagiair Geneeskunde, onder meer op de afdeling Gynaecologie. Na afloop besloot ik mij verder te specialiseren in de Gynaecologie-Verloskunde, met een bijzondere interesse voor prenatale echografie en verloskunde.
Toen ik tijdens mijn opleiding hoorde over een vacature in dit ziekenhuis, aarzelde ik niet om te solliciteren. Ik ben heel blij nu ook te kunnen werken waar het toen voor mij allemaal begon. De grootte van de afdeling Materniteit is wat mij betreft ideaal om een persoonlijke band met de patiënt te blijven onderhouden.
Kort na mijn start maakten we kennis met COVID-19 en volgde een periode waarin gynaecologische opvolging door vele patiënten werd uitgesteld. Het betekende voor mij een moeizame start, waarin ik mij gelukkig steeds gesteund voelde door mijn collega’s en het team vroedvrouwen. Bovendien hebben patiënten ondertussen de weg gevonden naar de polikliniek Sijsele voor gynaecologische en verloskundige opvolging.”
dr. Christa Verbraeken
Arts-specialist in de Fysische geneeskunde
“Ik ben in AZ Alma gestart net na de eerste lockdown, wat op zich een heel aparte start betekende.
Dr. Van Vlaenderen en voormalig collega dr. Van Neuville kende ik reeds vanuit mijn opleiding. Ontzettend fijne collega’s.
Ondertussen kan ik ook stellen dat de samenwerking met de andere collega’s heel aangenaam verloopt.
Mijn activiteiten in het ziekenhuis zijn vooral poliklinisch als algemeen fysisch arts.”
Ook een warm welkom aan dr. Caroline Van Daele, Cardiologie, dr. Goswin Onsia, Spoedgeneeskunde, dr. Lise Kustermans, Mond-, kaak- en aangezichtschirurgie, dr. Mathieu Deltomme, Medische beeldvorming en dr. Marie Behaeghe, Anatome pathologie.
Primeurs in 2020
Primeur: eerste transgenderoperaties zijn een feit
30 september 2020 / NIEUWSBERICHTEN
Op de dienst Plastische heelkunde heeft AZ Alma de voorbije weken transgenderoperaties uitgevoerd en dat is een primeur voor ons ziekenhuis.
Vanuit de dienst Plastische Heelkunde biedt AZ Alma de mogelijkheid tot de vorming van een mannelijke borstkas - door het verwijderen van de borsten - en van een vrouwelijke borstkas bij patiënten met genderdysforie (het onbehagen dat voorkomt uit het conflict tussen de ervaren genderidentiteit en het lichamelijke geslacht).
Niet zomaar
"Daarnaast kunnen deze patiënten bij ons terecht voor esthetische aangezichtschirurgie om het gezicht er mannelijker of juist vrouwelijker te laten uitzien," verduidelijkt dokter Casper Sommeling (links op de foto).
"Voor alle duidelijkheid: patiënten worden niet zomaar geopereerd. Ze zijn in opvolging bij een psychiater/psycholoog die een bevestigde, aanhoudende genderdysforie heeft vastgesteld. Daarnaast zijn er enkele vereisten: ze moeten meerderjarig zijn, zich volledig bewust zijn van hun keuze en een informed consent ondertekenen. Eventuele bijkomstige ernstige comorbiditeiten - twee of meerdere stoornissen - moeten onder controle zijn (cfr. Standard of Care of WPATH, 7th version)."
Alternatieve route
"Gezien de lange wachtlijsten in andere centra zoeken meer en meer patiënten naar een alternatieve route," vult dokter Wim De Kerpel aan. "Als streekziekenhuis kunnen we hier een belangrijke taak vervullen omdat we sneller kunnen schakelen en vooral omdat we laagdrempelig blijven.
Door deze ingrepen aan te bieden, hopen wij ook deze patiëntengroep te kunnen helpen door hun wachttijd tot de ingreep te reduceren. Het is belangrijk te beseffen dat deze ingrepen voor hen echt een belangrijke stap betekenen en dat het resultaat een beduidende verbetering van de levenskwaliteit inhoudt."
Meer info over onze dienst vind je hier. Zit je met vragen? Klik door naar de vzw Wel jong niet hetero.
AZ Alma zet robot in voor nog preciezere plaatsing van knieprothese
4 maart 2020 / NIEUWSBERICHTEN
Als eerste ziekenhuis in Oost-Vlaanderen en derde in België plaatst AZ Alma totale knieprotheses voortaan – als de patiënt dat wenst – met een Mako-robot van Stryker®.
Hiermee leggen de orthopedische chirurgen van knieprothesecentrum AZ Alma de lat nog wat hoger, want met hun reeds bestaande LaZIRUSh-techniek en de ‘patella-in-place-balancer’ werd al een superhoge score van geslaagde ingrepen behaald. Nu wil men de perfecte knieprotheseplaatsing benaderen.
“Een totale knievervanging is een operatie waarbij een beschadigd gewricht wordt vervangen door een kunstgewricht, een implantaat genaamd”, zegt orthopedisch chirurg en diensthoofd dokter Alex Demurie. “Dit implantaat is gemaakt uit metaallegeringen en hoogwaardig poly-ethileen om de functie van respectievelijk de botten en het kraakbeen zo goed mogelijk na te bootsen. Het beweegt grotendeels op dezelfde manier als een gezond menselijk gewricht. De eerste patiënten werden inmiddels geopereerd met deze innovatieve techniek en de positieve gevolgen van de inzet van zo’n robot zijn al meteen duidelijk: minder weefselschade, minder bloedverlies, minder pijn, snellere revalidatie en op termijn ook een korter ziekenhuisverblijf.”
Grote expertise in AZ Alma
Door de grote expertise van onze drie kniechirurgen (dokter Alex Demurie, dokter Ignace Ghijselings en dokter Hans Van den Wyngaert) en door het ligamentsparend opereren (de hier ontwikkelde LaZIRUSh-techniek, met een veel kortere revalidatie tot gevolg) is AZ Alma één van de grootste, zoniet het grootste knieprothesecentrum van België. Jaarlijks stappen meer dan 900 patiënten enkele dagen na hun knievervangende operatie de deur van het ziekenhuis uit.
“Eigenlijk halen wij met onze Totale Knieprothese-aanpak een heel hoge score van 95% geslaagde operaties”, zegt orthopedisch chirurg dokter Ignace Ghijselings. “Bij een klassieke knieprothese-operatie ligt die score rond de 80%. We passen in AZ Alma al veel jaren de LaZIRUSh methode toe: Laag Ziekenhuisinfectierisico door en met Ultra Snel herstel. Dit is een beproefd totaalconcept met een teaching class, infectiepreventie door hoogtechnologische OK-zalen, spiersparende toegangsweg (‘Eeklo Modified Subvastus’) en tools om precisie van plaatsing te verhogen: de door ons ontwikkelde ‘patella-in-place-balancer’. Maar met de MAKO-robot willen we nog beter doen en mikken we op 98%!”
“In de loop der jaren zijn de technieken en materialen voor knievervanging steeds verder verbeterd”, vult orthopedisch chirurg dokter Hans Van den Wyngaert aan. “Eén van die nieuwe technieken is dus de robotarm. Het moet wel duidelijk zijn dat de Mako-robotarm niet zelf de operatie uitvoert. Die wordt uitgevoerd door een orthopedisch chirurg die de Mako-robotarm aanstuurt om aangetast bot en kraakbeen heel precies te verwijderen. Vervolgens plaatst de chirurg een implantaat. Mako-technologie, in combinatie met de LaZIRUSh-techniek, stelt de chirurg in staat om de plaatsing van de knieprothese nog beter af te stemmen op elke unieke patiënt op basis van zijn/haar specifieke diagnose en lichaamsbouw. Op vandaag zijn in Europa zo’n 70 soortgelijke robots actief.”
Voordelen voor de arts en de patiënt
De inzet van de Mako-robot bij knieprothesen heeft ontegensprekelijk voordelen voor zowel arts als patiënt. Voor de arts biedt het de zekerheid dat de prothese wordt geplaatst volgens het vooropgestelde plan, waardoor een grotere precies van plaatsing en een betere stabiliteit van het implantaat wordt bekomen, in vergelijking met de conventionele methode.
Voor de patiënt is de inzet van de robot een garantie voor een grotere precisie, minder schade aan de weke delen (de robot weet d.m.v. de CT-scan en de grenzen bepaald door de chirurg waar het bot eindigt en dus wanneer moet worden gestopt met zagen), minder bloedverlies (want geen opening van het mergkanaal) en mindere noodzaak aan pijnmedicatie. Op termijn zal dit leiden tot een kortere operatieduur en zelfs een kortere hospitalisatieduur zal hier het gevolg van zijn.
Eerste in Oost-Vlaanderen
Voor het werken met de MAKO-robot werden niet alleen onze kniechirurgen Alex Demurie, Ignace Ghijselings en Hans Van Den Wyngaert grondig opgeleid, ook tien OK-medewerkers werden klaargestoomd voor deze ingrepen. De eigenlijke operatie wordt uiteraard uitgevoerd door onze chirurgen.
Na Roeselare en Overpelt is AZ Alma het derde ziekenhuis in België dat met zo’n MAKO-robot aan de slag gaat. Het gaat om een forse investering (1,2 miljoen euro) maar AZ Alma wilde de leidende positie als één van de grootste knieprothesecentra nog versterken. Jaarlijks stappen hier ruim 900 mensen met een nieuwe knie naar buiten. De expertise van onze chirurgen en het ligamentsparend opereren (met een veel kortere revalidatieperiode als gevolg) zijn de grote troeven van de dienst orthopedie van AZ Alma, waar in september met dokter Stefaan Van Onsem trouwens een vierde orthopedisch kniechirurg van start gaat. De andere orthopedisten met hun eigen specialismen zijn dokter David Bassens, dokter Wouter De Keyzer, dokter Erwin Groessens, dokter Chris Smets en dokter Nikita Stevens.
"Minder weefselschade, minder bloedverlies, minder pijn, snellere revalidatie en op termijn ook een korter ziekenhuisverblijf: dit zijn de voordelen voor de patiënt"
Dokter Alex Demurie, diensthoofd orthopedie
Verschillende stappen
Vóór de operatie: Traditiegetrouw worden patiënten die in AZ Alma een totale knieprothese zullen krijgen, vooraf grondig geïnformeerd op een infosessie in het Auditorium. Daar maken ze kennis met de aanpak, de chirurg, de anesthesist, de kinesitherapeut, de verpleegkundigen,… Twee weken voor de operatie met de MAKO-robot wordt een CT-scan van het kniegewricht gemaakt. Deze wordt gebruikt om een virtueel 3D-model van de unieke anatomie van de patiënt te maken. Zo wordt een persoonlijk preoperatief plan opgesteld, waardoor de robot geleerd wordt waar zich de precieze grens bevindt tussen het bot en de weke delen (o.a. ligamenten).
Tijdens de operatie: In de operatiekamer gebruikt de chirurg van AZ Alma het Mako-systeem in combinatie met de eveneens in Eeklo ontwikkelde ‘patella-in-place-balancer’ als hulpmiddel bij de operatie op basis van het persoonlijke preoperatieve plan. Wanneer de chirurg de botten voorbereidt voor het implantaat, verplaatst hij of zij de robotarm naar het vooraf vastgestelde gebied. Het Mako-systeem helpt de chirurg dan om binnen de grenzen te blijven die zijn vastgesteld bij het opstellen van het persoonlijke preoperatieve plan. De robot zorgt voor een veel grotere precisie van de zaagsnedes dan wanneer dit manueel door de chirurg zou gebeuren. Waar nodig kan de chirurg met het Mako-systeem het plan ook tijdens de operatie aanpassen om ervoor te zorgen dat het implantaat zo precies mogelijk wordt geplaatst en uitgelijnd.
Na de operatie: Na de operatie is de patiënt weer snel op de been. De patiënt wordt hierbij nauwkeurig in het oog gehouden. De chirurg kan na de operatie een röntgenfoto van de nieuwe knie maken en deze met de patiënt bespreken.
Departement HR en organisatie
Morris, de conciërge van ’t zesde verdiep, zorgt voor aangename eerste werkdag
“Sinds de verhuis naar het nieuwe ziekenhuis, in 2017, houden we elke eerste maandag van de maand een onthaaldag voor nieuwe medewerkers. Voor de meeste medewerkers is dit ook effectief hun eerste werkdag” vertelt stafmedewerker HR & Organisatie Sofie Stevens.
Warm welkom
“Tijdens die dag geven we heel wat info over het ziekenhuis en onze interne afspraken. Zoals in het echte leven is een eerste indruk heel belangrijk en bepaalt die mee of nieuwe medewerkers zich welkom voelen en zich snel kunnen inwerken. We hechten hier dan ook veel belang aan en trachten dit op een goede, warme manier te doen. Een goed onthaal bespaart de dienst en de leidinggevenden bovendien heel wat tijd, daarom trachten we meteen op deze eerste werkdag een mooi gevulde rugzak mee te geven rond kwaliteit, ziekenhuishygiëne en HR, naast een rondleiding in en rond het ziekenhuis.”
Pimpen
“Uit de evaluaties bleek echter dat ‘de rugzak’ toch wel heel zwaar wordt bevonden. Na enkele uren op de stoel luisteren, verzwakt onvermijdelijk de aandacht en we zagen zelf ook na het middagmaal dat vele medewerkers het toch wel lastig kregen om aandachtig te blijven. Daarom hebben we vanuit HR in samenwerking met PR & communicatie nagedacht op welke manier we deze eerder ‘saaie’ onthaaldag wat konden interactiever
maken, wat konden ‘pimpen’ en wat meer afwisseling in de lange dag konden brengen. We kwamen al snel op het idee om wat humor in de dag te brengen via korte filmpjes die we tussen de sprekers door aanbieden zodat men even terug wordt wakker geschud met een luchtiger momentje.”
“Zo ontstond het idee om met een stand-upcomedian samen te werken. Aangezien we graag met lokaal talent werken zijn we aan tafel gaan zitten met Joost Van Hyfte, die deze opdracht meteen zag zitten. ‘Morris’, conciërge van ’t zesde verdiep werd geboren: een sympathieke, wat volks en stuntelig figuur dat de medewerkers mee welkom heet. Samen met Morris zijn een uitnodigingsfilmpje en enkele tussenfilmpjes ontstaan. Ook bij aankomst in het atrium staan er elke eerste maandag van de maand roll-ups klaar om onze nieuwe medewerkers extra welkom te heten.”
Powerpointpresentatie
“Daarnaast hadden we het idee om Morris korte interviews te laten doen met de directie, een aantal medewerkers en diensten (zoals de ondernemingsraad en het CPBW) die we normaliter via een powerpointpresentatie voorstellen. Het is praktisch niet haalbaar voor deze functies om zich elke maand een voormiddag vrij te maken om zich voor te stellen, maar via een filmpje komt hun voorstelling veel persoonlijker over en breekt het ook de onthaaldag wat. Tot slot verplaatsen we ons ook wat meer: in de voormiddag voor de rondleiding en in de namiddag in het computerlokaal waar de medewerkers zelf aan de slag moeten. Via een roadmap ontdekken ze onder meer het intranet, DMS,... en leren ze om enkele zaken op te zoeken die ze meteen handig kunnen gebruiken op hun nieuwe werkplek.”
Plan, do, check, act
“Zo sturen we het onthaalbeleid continu bij, wat aansluit bij het PDCA-gedachtengoed, de basis voor accreditatie. We blijven sleutelen aan het concept. Stapje per stapje komen we zo tot een beter concept dat ook goed gesmaakt wordt door de nieuwe medewerkers. We horen heel vaak ontzettend positieve commentaren over de eerste werkdag en de onthaaldagen, wat deugd doet! Niets leuker dan op het eind van die eerste werkdag de ietwat nerveuze gezichten te zien veranderen in lachebekjes die tevreden naar huis gaan! En Morris, die draagt hiertoe zijn steentje bij!”